Amsterdam Centraal

(Klassieke beveiliging)



Op 4 mei 2021 zijn een aantal foto's toegevoegd; deze nieuwe foto's zijn te herkennen aan de blauwe beschrijving van de foto's.


Het stationsgebouw van Amsterdam Centraal d.d. 31 maart 1975.
(Foto: R. Ankersmit)

In het jaar 1864 vroeg Johan Thorbecke, op dat moment de Minister van Binnenlandse Zaken, de Amsterdamse gemeenteraad om diens mening over een nieuw te bouwen Centraal Station in Amsterdam.
Thorbecke noemde twee mogelijke locaties: de huidige (op een kunstmatig eiland in het Open Havenfront) en een andere in de buurt van het Leidseplein, nabij de voormalige Leidsepoort.
Hij had zelf een voorkeur voor de optie bij het Open Havenfront; de gemeente echter niet, vooral omdat de entree van de stad op die manier afgesloten zou worden van het IJ door de nieuw te bouwen spoorlijn en het station.
Uiteindelijk werd wel gekozen voor de locatie aan het Open Havenfront: de spoorweg zou ook gunstig zijn voor de scheepvaart en het goederenstation zou worden gebouwd bij de Stadsrietlanden, zodat er minder land aangeplempt hoefde te worden.
Op 23 juni 1869 werd de huidige locatie door de gemeenteraad goedgekeurd.

Het station is gebouwd tussen 1881 en 1889 naar ontwerp van P.J.H. Cuypers, A.L. van Gendt (stationsgebouw) en L.J. Eijmer (stationskap).
Het station telt zes perrons die via drie dwarsgangen onder de 15 sporen (waarvan 11 perronsporen) bereikbaar zijn.
Dagelijks telt Amsterdam Centraal circa 160.000 in- en uitstappers, waarmee het na Station Utrecht Centraal het drukste station van Nederland is.
Reizigers kunnen gebruikmaken van treinen, metro's, trams, bussen en veren. Het station is gelegen op het aangeplempte Stationseiland in het IJ.

Het station ligt aan de spoorlijnen Den Helder - Amsterdam Centraal bij km. 80.807 en Amsterdam Centraal - Amsterdam Muiderpoort bij km. 0.000.

Het station - tot mei 2000 Amsterdam CS geheten - verving het in 1878 gesloten station Amsterdam Willemspoort en het van 1878 tot 1889 gebruikte tijdelijke station Westerdok. Het is gebouwd op drie aangeplempte eilanden in het IJ. Hiervoor werd zand gebruikt uit de duinen bij Velsen, dat vrijkwam bij het graven van het Noordzeekanaal. Net als veel andere gebouwen in Amsterdam werd het gebouwd op houten palen (8.687 stuks). Bij de bouw traden verzakkingen op, waardoor het werk enige jaren werd vertraagd.
Op 15 oktober 1889 werd het station onder enorme publieke belangstelling geopend.

Een tweede, smallere en langere maar gelijksoortige kap aan de IJ-zijde werd voltooid in 1922. Tussen de twee kappen bleef een aantal sporen niet overdekt.


Overzicht van het emplacement Amsterdam Westelijk Eiland met de seinbrug en op de achtergrond post Iwz d.d. 28 augustus 1954.
(Foto: J.C. de Jongh) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)



Het opstelterrein van NS aan de Westerdokskade in Amsterdam d.d. 30 mei 1967. Te zien zijn een aantal diesel-vijven, een diesel-drie, plan T en plan V.
De draaibrug over het Westerdok waarop tegenwoordig een restaurant staat is nog in gebruik richting Westerdoksdijk en de woningen langs het spoor aan de Haarlemmer Houttuinen staan nog overeind.
(Foto: J.M. Arsath Ro'is) (bron: Het Stadsarchief Amsterdam)




Locomotief 1105 voor de seinbrug op het Westelijk Eiland d.d. 23 september 1967.
(Foto: J. Brinkman)


     

De aankomst van een ertstrein getrokken door locomotief 1159 d.d. 9 september 1967 (links)
en de aankomst van een D trein uit Parijs getrokken door locomotief 1216 d.d. 5 april 1969 (rechts).
(Foto's: J. Brinkman)



Overzicht van het emplacement Amsterdam Oostelijk Eiland met op de achtergrond post Ioz d.d. 28 augustus 1954.
(Foto: J.C. de Jongh) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)


     

Het zuidelijk viaduct tussen Amsterdam Centraal en de Singelgrachtbruggen gezien achter uit reizigerstrein 975 d.d. 2 september 1961.
(Foto's: R. Ankersmit)



De westzijde van het emplacement met post Iwz en de seinbrug d.d. 12 september 1971.
(Foto: J.J. Overwater) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)



De westzijde van het emplacement met de seinbrug en post Iwz d.d. 14 augustus 1973.
Op de voorgrond zijn verschillende rangeerstoplantaarns en stopseinlantaarns zichtbaar, en ook een nog ingepakt dwergsein voor de nieuwe beveiliging.
(Foto: J.A. Bonthuis) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)


     

De DE IV 1000 langs het perron d.d. 13 februari 1973.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)


     

De DE IV 1000 vertrekt richting Haarlem d.d. 25 februari 1973.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)

Voor meer informatie over deze bijzondere treinstellen klik hier.

     

De locomotief 1309 met een internationale trein langs het perron (links) en het vertrek van een trein richting Zaandam (rechts) d.d. 25 februari 1973.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)


Gebruikte afkortingen:

Blokstelsels:

De emplacementstekening van Amsterdam Centraal.
(Klik op de tekening voor een vergroting en scroll dan door de tekening)



De beveiliging van het station Amsterdam Centraal bestond uit de posten AT, B, Ioz en Iwz.
In de posten AT, B en Ioz was een stelknoptoestel geplaatst; voor een uitleg over de werking van deze toestellen klik hier.
In post Iwz was een omgebouwd pneumatisch toestel geplaatst.

Omdat er in Amsterdam Centraal heel veel seinen stonden volgt hieronder een opsomming van alle seinen.

Omschrijving van de seinen

A Afstandssein van wissel 1, zijde Singelgracht, naar Amsterdam Centraal over het zuidelijke viaduct over spoor Za en ZZ.
Cn Inrijsein, zijde Singelgracht, over het noordelijke viaduct, op de sporen IVa - XVa.
Cvn Voorsein van Cn
Cz Inrijsein, over spoor Za, op de sporen 1Va - XVa.
Czz Inrijsein, over spoor ZZ, op de sporen I - VIIa.
Cvz Voorsein van Cz en Czz
2 Afstandssein van de brug over de Singelgracht tevens bloksein naar Singelgracht over het zuidelijke viaduct.
4 Afstandssein van de brug over de Singelgracht tevens bloksein naar Singelgracht over het noordelijke viaduct.
D15 Spoorsein van spoor XVa.
D14 Spoorsein van spoor XIVa.
D13 Spoorsein van spoor XIIIa.
D12 Spoorsein van spoor XIIa.
D11 Spoorsein van spoor XIa.
D10 Spoorsein van spoor Xa.
D9 Spoorsein van spoor IXa.
D8ij Spoorsein van spoor VIIIa (IJ-zijde).
D8a Spoorsein van spoor VIIIa (stads-zijde).
D7 Spoorsein van spoor VIIa.
D6 Spoorsein van spoor VIa.
D5 Spoorsein van spoor Va.
D4 Spoorsein van spoor IVa.
D3 Spoorsein van spoor IIIa.
D2 Spoorsein van spoor IIa.
D1 Spoorsein van spoor I.
E2 Uitrijsein van spoor IIa, tevens bloksein.
E3 Uitrijsein van spoor IIIa, tevens bloksein.
E4 Uitrijsein van spoor IVa, tevens bloksein.
E5 Uitrijsein van spoor Va, tevens bloksein.
E6 Uitrijsein van spoor VIa, tevens bloksein.
E7 Uitrijsein van spoor VIIa, tevens bloksein.
E8s Uitrijsein van spoor VIIIa, (stads-zijde) tevens bloksein.
E8ij Uitrijsein van spoor VIIIa, (IJ-zijde) tevens bloksein.
E9 Uitrijsein van spoor IXa, tevens bloksein.
E10 Uitrijsein van spoor Xa, tevens bloksein.
E11 Uitrijsein van spoor XIa, tevens bloksein.
E12 Uitrijsein van spoor XIIa, tevens bloksein.
E13 Uitrijsein van spoor XIIIa, tevens bloksein.
E14 Uitrijsein van spoor XIVa, tevens bloksein.
F15 Uitrijsein van spoor XVb.
F14 Uitrijsein van spoor XIVb.
F13 Uitrijsein van spoor XIIIb.
F12 Uitrijsein van spoor XIIb over wissel 185 of 189.
F11 Uitrijsein van spoor XIb.
F10 Uitrijsein van spoor Xb.
F9 Uitrijsein van spoor IXb over wissel 186 of 187.
F8 Uitrijsein van spoor VIIIb.
F7 Uitrijsein van spoor VIIb.
F6 Uitrijsein van spoor VIb over wissel 191 of 192.
F6r Herhalingssein van F6.
F5 Uitrijsein van spoor Vb.
F5r Herhalingssein van F5.
F4 Uitrijsein van spoor IVb.
F3 Uitrijsein van spoor IIIb over wissel 190 of 193.
F2 Uitrijsein van spoor IIb.
F20 Uitrijsein van spoor 20o.
F21 Uitrijsein van spoor 21o.

Naast resp. boven het betreffende spoor bevindt zich aan de perronkap een vertrekseinlicht van het voor het spoor geldende uitrijsein E2 t/m E15 of F2 t/m F15.

G2 Spoorsein op spoor IIb.
G3 Spoorsein op spoor IIIb over wissel 193 of 190.
G4 Spoorsein op spoor IVb.
G5 Spoorsein op spoor Vb.
G5r Herhalingssein van G5
G6 Spoorsein op spoor VIb over wissel 192 of 191.
G6r Herhalingssein van G6
G7 Spoorsein op spoor VIIb.
G7r Herhalingssein van G7
G8 Spoorsein op spoor IVb.
G9 Spoorsein op spoor IXb over wissel 187 of 186.
G10 Spoorsein op spoor Xb
G11 Spoorsein op spoor XIb.
G12 Spoorsein op spoor XIIb over wissel 189 of 185.
G13 Spoorsein op spoor XIIIb.
G14 Spoorsein op spoor XIVb
G15 Spoorsein op spoor XVb.
Hr -Hdn Richtings, tevens bloksein over spoor N1, tevens afstandssein van de wissels te Amsterdam Dijksgracht:     Hr naar Rietlanden en Hdn inrijsein van Amsterdam Dijksgracht.
Hmij -Hdij Richtings, tevens bloksein over spoor Y, tevens afstandssein van de wissels te Amsterdam Dijksgracht:        Hmij naar Amsterdam MP en Hdij inrijsein van Amsterdam Dijksgracht.
Hdz1 -Hmz1 Richtings, tevens bloksein over het zuidelijke hoofdspoor (Z1), tevens afstandssein van de wissels te Amsterdam Dijksgracht:        Hdz1 inrijsein van Amsterdam Dijksgracht en Hmz1 naar Amsterdam MP.
Hdz2 Richtings, tevens bloksein over het zuidelijke hoofdspoor (Z2), tevens inrijsein van Amsterdam Dijksgracht.
Jdz2 Inrijsein, zijde Dijksgracht, over het zuidelijke hoofdspoor (Z2) op de sporen IIb - XVb.
Jvz2 Voorsein van Jdz2
Jz1 Inrijsein, zijde Dijksgracht, over het zuidelijke hoofdspoor (Z1) op de sporen 20o en 21o.
Jij Inrijsein, zijde Dijksgracht, over spoor Y op de sporen IIb - XVb.
Jx Inrijsein, zijde Dijksgracht, over spoor X op de sporen IIb - XVb.
Jvx Voorsein van Jx
Jn Inrijsein, zijde Rietlanden, op de sporen IIb - XVb.
Jvn Voorsein van Jn

Perronseinpalen

Deze perronseinpalen zijn in afwijking van het seinreglement boven het betreffende spoor geplaatst en tonen ook overdag het volgende beeld: Deze lichtseinen gelden tevens voor rangeerbewegingen van het betreffende spoor.

Voor treinen of rangeerdelen uit de oostelijke richting geldt:

FB2 voor spoor IIb.
FB3 voor spoor IIIb.
FB4 voor spoor IVb.
FB5 voor spoor Vb.
FB6 voor spoor VIb.
FB7 voor spoor VIIb.
FB8 voor spoor VIIIb.
FB9 voor spoor IXb.
FB10 voor spoor Xb.
FB11 voor spoor XIb.
FB12 voor spoor XIIb.
FB13 voor spoor XIIIb.
FB14 voor spoor XIVb.

Voor treinen of rangeerdelen uit de westelijke richting geldt:

FA2 voor spoor IIa.
FA3 voor spoor IIIa.
FA4 voor spoor IVa
FA5 voor spoor Va.
FA6 voor spoor VIa.
FA7 voor spoor VIIa.
FA8 voor spoor VIIIa.
FA9 voor spoor IXa.
FA10 voor spoor Xa.
FA11 voor spoor XIa.
FA12 voor spoor XIIa.
FA13 voor spoor XIIIa.
FA14 voor spoor XIVa.

Stopseinlantaarns

Voor treinen uit oostelijke richting.

Een stopseinlantaarn voor spoor IIa en IIIa;
Een stopseinlantaarn voor spoor IVa;
Een stopseinlantaarn voor spoor Va;
Een stopseinlantaarn voor de sporen VIa en VIIa;
Een stopseinlantaarn voor de sporen VIIIa en IXa;
Een stopseinlantaarn voor spoor Xa;
Een stopseinlantaarn voor spoor XIa;
Een stopseinlantaarn voor de sporen XIIa en XIIIa;
Een stopseinlantaarn voor de sporen XIVa en XVa;
Een stopseinlantaarn voor de sporen 20o en 21 o .

Voor treinen uit westelijke richting.

Een stopseinlantaarn voor spoor IIa en IIIa;
Een stopseinlantaarn voor spoor J;
Een stopseinlantaarn voor spoor XIIb;
Een stopseinlantaarn voor de sporen H en G;
Een stopseinlantaarn voor spoor IXb;
Een stopseinlantaarn voor de sporen E en F;
Een stopseinlantaarn voor spoor VIb;
Een stopseinlantaarn voor de sporen D en C;
Een stopseinlantaarn voor de sporen A en B;
Een stopseinlantaarn voor spoor IIIb.
R-borden

Een R-bord voor spoor Na.
Een R-bord voor spoor Za.
Een R-bord voor spoor ZZ.
Rangeerpaallantaarns (rouwbrieven) rangeerstoplantaarns (vaantjes of in Amsterdams jargon blaadjes)

                          Van Bovendok:

L Rangeerpaallantaarn uit westelijke richting over wissel 401
M Rangeerpaallantaarn uit westelijke richting over wissel 402

                          Naar Bovendok:

N28 Rangeerstoplantaarn van wissel 27AB over wissel 20.
N29 Rangeerstoplantaarn over spoor 29w in de richting naar wissel 16.


                          Van het westelijk eiland naar de westelijke seinbruggen:

O29 Rangeerstoplantaarn over spoor 29w in de richting naar wissel 16.
O28 Rangeerstoplantaarn over spoor 28w in de richting naar wissel 15.
ONo Rangeerstoplantaarn van spoor No.
OZo Rangeerstoplantaarn van spoor Zo.
O37,38 Rangeerstoplantaarn van spoor 37w en 38w.
O36 Rangeerstoplantaarn van spoor 36w.
O31,32,34,35 Rangeerstoplantaarn van de sporen 31w, 32w, 34w en 35w.
O27 Rangeerstoplantaarn van spoor 27w.
O8-9 Rangeerstoplantaarn van wissel 55AB in de richting naar wissel 87.
P1 Rangeerstoplantaarn van wissel 69AB in de richting naar wissel 76.
P2 Rangeerstoplantaarn van wissel 70 in de richting naar wissel 77AB.
P3 Rangeerstoplantaarn van wissel 43AB in de richting naar wissel 64AB.


                          Van de westelijke seinbruggen naar het westelijk eiland:

Q1 Rangeerstoplantaarn van wissel 61 over wissel 56.
Q2 Rangeerstoplantaarn van wissel 87 in de richting naar wissel 55AB.
Q3 Rangeerstoplantaarn van wissel 74 over wissel 68.
Q4 Rangeerstoplantaarn van wissel 73AB over wissel 54.
Q5 Rangeerstoplantaarn van wissel 53 in de richting naar wissel 39.


                          Van het westelijk eiland naar de sporen IIa t/m XVa.

S27 Rangeerstoplantaarn van spoor 27w.
S11-15 Rangeerstoplantaarn van wissel 86 naar de sporen XIa - XVa.
S11-12 Rangeerstoplantaarn van wissel 79AB naar de sporen XIa en XIIa.
S10 Rangeerstoplantaarn van wissel 80AB naar spoor Xa.
S8-9 Rangeerstoplantaarn van wissel 87 naar de sporen VIIIa en IXa.
S8 Rangeerstoplantaarn van wissel 83AB naar spoor VIIIa.
S7 Rangeerstoplantaarn over wissel 100 naar spoor VIIa.
S6 Rangeerstoplantaarn van wissel 94AB naar spoor VIa.
S5 Rangeerstoplantaarn van wissel 89AB naar spoor Va.
S4 Rangeerstoplantaarn van wissel 81AB naar spoor IVa.
S3 Rangeerstoplantaarn van wissel 90AB naar spoor IIIa.
S2 Rangeerstoplantaarn van wissel 93 naar spoor IIa.


                          Van de sporen I t/m XVa naar het westelijk eiland.

R2 Rangeerstoplantaarn van spoor IIa.
R3 Rangeerstoplantaarn van spoor IIIa.
R4 Rangeerstoplantaarn van spoor IVa.
R5 Rangeerstoplantaarn van spoor Va.
R6 Rangeerstoplantaarn van spoor VIa.
R7 Rangeerstoplantaarn van spoor VIIa.
R8 Rangeerstoplantaarn van wissel 98AB in de richting naar wissel 83AB.
R8-9 Rangeerstoplantaarn van wissel 92 over wissel 87.
R10 Rangeerstoplantaarn van spoor Xa.
R11-12 Rangeerstoplantaarn van wissel 97AB in de richting naar wissel 79AB.
R11-15 Rangeerstoplantaarn van wissel 91AB over wissel 86.
R27 Rangeerstoplantaarn van wissel 82 naar spoor 27w.
T8a Rangeerstoplantaarn van spoor XIIa.
T9a Rangeerstoplantaarn van wissel 107 over wissel 101.
T12a Rangeerstoplantaarn van spoor XIIa.
T14a Rangeerstoplantaarn van wissel 104 over wissel 102.


                          Van de sporen IIb t/m XVb naar de oostelijke seinbrug.

T12b Rangeerstoplantaarn van spoor XIIb.
T9b Rangeerstoplantaarn van spoor IXb.
T6b Rangeerstoplantaarn van spoor VIb.
T3b Rangeerstoplantaarn van spoor IIIb.
Vj Rangeerstoplantaarn van brugspoor J.
Vh Rangeerstoplantaarn van brugspoor H.
Vg Rangeerstoplantaarn van brugspoor G.
Vf Rangeerstoplantaarn van brugspoor F.
Ve Rangeerstoplantaarn van brugspoor E.
Vd Rangeerstoplantaarn van brugspoor D.
Vc Rangeerstoplantaarn van brugspoor C.
Vb Rangeerstoplantaarn van wissel 190 over wissel 201.
Va Rangeerstoplantaarn van wissel 193 over wissel 199.


                          Van de oostelijke seinbrug naar de sporen IIb t/m XVb.

Ua Rangeerstoplantaarn van wissel 199 over wissel 193.
Ub Rangeerstoplantaarn van wissel 199 over wissel 193.
Uc Rangeerstoplantaarn van brugspoor C.
Ud Rangeerstoplantaarn van brugspoor D.
Ue Rangeerstoplantaarn over wissel 205 in de richting naar wissel 187.
Uf Rangeerstoplantaarn over wissel 204 in de richting naar wissel 186.
Ug Rangeerstoplantaarn over wissel 203 in de richting naar wissel 189.
Uh Rangeerstoplantaarn over wissel 202 in de richting naar wissel 185.
Uj Rangeerstoplantaarn van brugspoor J.


                          Van de brugsporen naar het oostelijk eiland.

Wh Rangeerstoplantaarn van wissel 212AB in de richting naar wissel 226.
Wg Rangeerstoplantaarn van wissel 213 in de richting naar wissel 240.
Wf Rangeerstoplantaarn van wissel 214AB in de richting naar wissel 253.
We Rangeerstoplantaarn van wissel 215 over wissel 220.
Wd Rangeerstoplantaarn van wissel 216AB in de richting naar wissel 235.
Wc Rangeerstoplantaarn van wissel 218 over wissel 228AB.
Wb Rangeerstoplantaarn van wissel 200 in de richting van wissel 228AB.
Wa Rangeerstoplantaarn van wissel 234 in de richting van wissel 247AB.


                          Van het oostelijk eiland naar de brugsporen.

X1a Rangeerstoplantaarn van wissel 234 in de richting van wissel 210.
X18-19 Rangeerstoplantaarn van wissel 213 in de richting van wissel 240.
Xb Rangeerstoplantaarn van wissel 228AB in de richting van wissel 200.
Xc Rangeerstoplantaarn van wissel 218 over wissel 207.
Xd Rangeerstoplantaarn van wissel 235 in de richting van wissel 235.
Xe Rangeerstoplantaarn van wissel 220 over wissel 215.
X1 Rangeerstoplantaarn van de wissels 2227 en 253 in de richting van wissel 214AB.
Xg Rangeerstoplantaarn van wissel 240 over wissel 213.
Xh Rangeerstoplantaarn van wissel 226 in de richting van wissel 212AB.
X30-31 Rangeerstoplantaarn van de sporen 30o en 31o.
X32-36 Rangeerstoplantaarn van de sporen 32o - 36o.
Y22 Rangeerstoplantaarn van spoor 22.
Y23 Rangeerstoplantaarn van spoor 23o.
Y24 Rangeerstoplantaarn van spoor 24o.
Y25 Rangeerstoplantaarn van wissel 276 over wissel 259.
Y26 Rangeerstoplantaarn van wissel 275 over wissel 258.
Y27 Rangeerstoplantaarn van spoor 27o.
Y28-29 Rangeerstoplantaarn van de sporen 28o en 29o.
PPQQ20,21 Rangeerpaallantaarn van en naar de sporen 20o en 21o.
PPQQ23,24 Rangeerpaallantaarn van en naar de sporen 23o en 24o.
Z3 Rangeerstoplantaarn van spoor Y.
Z4 Rangeerstoplantaarn van spoor N1.


                          Naar de brug over de Oosterdoksdoorvaart.

W27-28 Rangeerstoplantaarn van de sporen 27o en 28o.
W26 Rangeerstoplantaarn van spoor 26 o.


Medewerking

Zonder de medewerking van post AT kan aan de westzijde geen trein aankomen of vertrekken.
Post AT beheerst het vertrek en de aankomst door middel van toestemmingsknoppen in verbinding met de posten B en Iwz.
Voor aankomst op en vertrek van de sporen I - VIIa geeft post AT toestemming aan post I wz.

Voor aankomst en vertrek van de sporen VIIIa - XVa geeft post AT gelijktijdig toestemming aan de posten B en Iwz.

Zonder de medewerking van post AT kan aan de oostzijde geen trein aankomen of vertrekken.
Post AT beheerst het vertrek en de aankomst door middel van toestemmingsknoppen in verbinding met de posten B en Ioz en drukknoppen op het tableau in verbinding met post T Dijksgracht.

Voor aankomst en vertrek van de sporen 20o , 21o IIb - VIIb geeft post AT toestemming aan post Ioz.

Voor aankomst en vertrek van de sporen VIIIb - XVb geeft post AT gelijktijdig toestemming aan de posten B en Ioz.

Waarschuwingslichten

Ter hoogte van de inrijseinen Cn, Cz, Czz, Jz1, Jz2, Jx, Jy en Jn kan het waarschuwingslicht (sein SR 241) worden getoond.
Bij aankomst op het kopspoor I brandt het waarschuwingslicht bij het inrijsein Czz automatisch.

Treinaankondiging voor de posten AT en B

Van Haarlem:

Zolang een trein vanuit Haarlem zich bevindt in het blok vóór de halte Amsterdam Sloterdijk, tussen de seinen 808 (km. 3.445) en 810 (km. 4.976), luidt in post AT de schel met langzame slag "Akd 1 en 2 Tr. v. Hlm" en brandt in de posten AT en B het gele lampje "Akd 1 Tr. v. Hlm".
Als deze trein in het blok achter de halte, tussen de seinen 806 (km. 1.985) en 22 (km. 0.800) komt, dan luidt in de post AT de schel voor de tweede keer en brandt in de posten AT en B het gele lampje "Akd 2 Tr. v. Hlm".

Van Zaandam (rechter en linker spoor):

Zolang een trein vanuit Zaandam R.S. zich bevindt tussen km. 73.820 en het sein 708 (km. 1.985), luidt in post AT de schel met langzame slag "Akd Tr. v. Zd R.S. en L.S." en brandt in de posten AT en B het gele lampje "Akd Tr. v. Zd R.S. en L.S.".
Zolang een trein vanuit Zaandam L.S. zich bevindt tussen km. 77.800 en het sein 40 en dit sein uit de stand "stop" is gebracht, luidt in post AT de schel met langzame slag "Akd Tr. v. Zd R.S. en L.S." en brandt in de posten AT en B het gele lampje "Akd Tr. v. Zd L.S.".

Bruggen over de Singelgracht

In de beveiliging van de E-seinen, die door post Iwz worden bediend, is als voorwaarde opgenomen de de bruggen over de Singelgracht gesloten zijn.
De witte venstertjes "Brug Sgr. Z. sp" en "Brug Sgr. Z. sp" in de posten Iwz en AT worden rood bij ontgrendeling van de bruggen.

Uitdrukinstallatie t.b.v. treindienstleider in de NX-CVL post van het baanvak Amsterdam Centraal - Uitgeest

Deze uitdrukinstallatie heeft tot doel om de treindienstleider in de NX-CVL post van het baanvak Amsterdam Centraal - Uitgeest te informeren omtrent de richting en de vertrektijd van de trein.
De signalering werkt onafhankelijk van de seinbediening te Amsterdam Centraal.
Op het moment, dat een trein vertrekt van Amsterdam Centraal richting Singelgracht over het noordelijk viaduct of over het zuidelijk viaduct drukt post AT of post B de knop, waardoor de juiste bestemming wordt aangegeven.
Hierdoor gaan in post AT, B en Asd(1) de met de drukknop overeenkomende witte lampjes branden; bij de treindienstleider in de NX-CVL post van het baanvak Amsterdam CS - Uitgeest gaat bovendien een zoemer werken.
Zodra het inrijsein 12 of 16 te Singelgracht door de trein in de stand "stop" wordt gebracht, doven ook de lampjes in de posten AT en B.
Voor de richting Zaandam over het noordelijk viaduct zowel als voor de richting Haarlem over het zuidelijk viaduct zijn twee lampjes aangebracht.
Er kunnen dus voor deze bewegingen twee achtereenvolgende bewegingen na elkaar gedrukt worden.
De volgorde waarin deze lampjes dan doven kan een andere zijn, dan waarin deze lampjes zijn gaan branden.

Het herroepen door de posten AT of B van een aangegeven bestemming is nog mogelijk, totdat Asd(1) het sein 12 of 16 uit de stand "stop" heeft gebracht.
Het herroepen door Asd(1) van sein 12 of 16 heeft tot gevolg, dat het bestemmingslampje in de posten AT, B of Asd(1) dooft.
Wanneer het sein 12 of 16 op automatisch is gesteld, werkt de uitdrukinstallatie eveneens zoals hierboven is beschreven.
Het witte lampje in de post Asd(1) dooft dan echter na het loslaten van de drukknop.

Uitdrukinstallatie t.b.v. Asdm en Rtl

Deze uitdrukinstallatie heeft tot doel om Asdm en Rtl te informeren omtrent de richting en de vertrektijd van de trein.
De signalering werkt onafhankelijk van de seinbediening te Amsterdam Centraal.
Het lampje "sein Rtl A1-5, 20/A31" gaat branden als één van deze seinen uit de stand "stop" wordt gebracht.
Op het moment, dat er een trein vertrekt van Amsterdam Centraal richting Asdm of Rtl/Wgm drukt post AT of B de knop, waardoor de juiste bestemming wordt aangegeven.
Hierdoor gaan in de posten AT, B en I Rtl of T Asdm het betreffende lampje branden en luidt in de posten I Rtl of T Asdm een schel.
Zodra het betreffende H-sein in de stand "stop" wordt gebracht, dooft in de posten AT en B het corresponderende lampje.
De posten AT en B kunnen over de sporen IJ en Z1 een tweede trein aankondigen, wanneer de post Ioz achter de vorige trein de toestellen in de normale stand heeft gebracht.
Deze tweede aankondiging wordt aan post T Asdm doorgegeven als post T Dijksgracht post Ioz heeft ontblokt.
Voor het herroepen van een door post T of B gegeven aankondiging zijn in post AT 3 herroepingsknoppen aanwezig.

Bijzondere bepalingen t.a.v. de perronseinpalen

Ten aanzien van de toepassing van art. 13 TRR met de daarbij behorende tabel gelden de perronseinpalen als "plaats tot waar de machinist mag verwachten te mogen rijden".
Toont de voor het aankomstspoor geldende perronseinpaal melk-wit licht, dan moet de machinist er op rekenen:
  1. de trein tot stilstand te brengen vóór een voor de trein getoond rood licht (sein 514 SR) voorbij de middenvoetbrug of
  2. indien geen rood licht (sein 514 SR) getoond wordt, de trein tot stilstand te brengen voor de stopseinlantaarn aan het einde van het aankomstspoor.
Bij aankomst van een trein: Vrij zijn aankomstspoor nagaan tot:
a. tot de perronseinpaal aan de middenvoetbrug a. Middenvoetbrug
b. voorbij de middenvoetbrug b. Getoonde rode licht (sein 514 SR)
c. tot aan de stopseinlantaarn aan het einde van het spoor c. Eerstvolgende wissel achter de stopseinlantaarn

Wanneer echter op de sporen die in elkaars verlengde liggen van de westzijde en van de oostzijde gelijktijdig een trein aankomt dan wel van de ene zijde een trein aankomt en van de andere zijde een rangeerbeweging in tegengestelde richting plaats vindt of zal plaatsvinden moet op tenminste 30 m. onderlinge afstand aan deze trein(en) en het rangeerdeel het rode licht worden getoond.
Eén van deze rode lichten mag een perronseinpaal zijn.

Rangeerdelen, rijdende over de sporen II, III, IV, V, VI, VII, IX, X, XI, XII, XIII of XIV, moeten vóór de middenvoetbrug tot stilstand worden gebracht, tenzij de perronseinpaal boven het betreffende spoor een melk-wit licht toont.
Bij de overgang van de sporen IIa - XIVa naar de oostzijde of van de sporen IIb - XIVb naar de westzijde, over de kruiswissels in het midden van het station, geldt voor het rangeerdeel de perronseinpaal (lichtsein) boven het spoor, vanwaar de beweging plaatsvindt.

De geplaatste foto's van de bedieningstoestellen wijken op details af van de toesteltekeningen omdat een aantal foto's afkomstig zijn uit een andere periode en de toesteltekeningen zijn gebaseerd op de tekeningen uit het BVS Asd 1967.

Post AT

Post AT stond boven het 2e perron op de middenvoetbrug bij km. 80.807 Den Helder - Amsterdam Centraal.

     

Post AT d.d. 7 november 1972.
Het maken van reclame voor rookartikelen was toen nog heel normaal.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)

     

Het interieur van post AT d.d. 1 juni 1972.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)

     

Het interieur van post AT d.d. 7 november 1972.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)

     

Het stelknopoestel in post AT d.d. 7 november 1972.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)

     

Het stelknopoestel in post AT d.d. 1 juni 1972.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)


Het stelknopoestel in post AT d.d. 1 juni 1972.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)

Tekening van het stelknoptoestel in post AT.
(Klik op de tekening voor een vergroting en scroll dan door de tekening)

Bijzonderheden toestel

De nummering van de velden van dit toestel is nogal bijzonder; van links naar rechts begint de nummering bij no. 97 t/m 128 en gaat vervolgens door met de nummers 1 t/m 96.

De drukknoppen boven de velden 101 t/m 107 dienen voor het geven van toestemming aan de brugpost bij de Oosterdoksdoorvaart voor het openen van deze bruggen;
als gevolg van het drukke treinverkeer vonden deze brugopeningen alleen 's nachts plaats.

De relaisblokstelselkastjes boven de velden 113 t/m 119 geven de stand aan van de venstertjes en de stelknoppen in post Ioz.

Het tableau boven de velden 121 t/m 128 dient voor de bediening van de uitdrukinstallatie.

Het tableau boven de velden 25 t/m 33 dient voor de communicatie met post T Dijksgracht.
Door het drukken van één van de blauwe knoppen in de sporen krijgt post T Dijksgracht toestemming om bepaalde handelingen uit te voeren.

De waarschuwingslichten bij de inrijseinen en de vertrekseinlichten worden bediend door de schakelaars boven de velden 64 t/m 72.

De aparte schakelaars boven de velden 73 en 75 dienen voor het vrijmaken van de rijweg nadat de trein tot stilstand is gekomen op het betreffende perronspoor;
na het omhoogdrukken van deze schakelaars wordt in post Iwz het spervenster wit in het betreffende veld en kan post Iwz de bijbehorende stelknop terugleggen.

Boven de velden 83 t/m 93 bevinden zich de lampjes t.b.v. de treinaankondigingen.

De noodknop boven het veld 96 dient voor het in de stand "stop" terugbrengen van de seinen D1 t/m 7 bij optredend gevaar.


Post B

Post B stond boven het 5e perron op de middenvoetbrug bij km. 80.807 Den Helder - Amsterdam Centraal.


Het stelknopoestel in post B d.d. 7 november 1972.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)

Tekening van het stelknoptoestel in post B.
(Klik op de tekening voor een vergroting en scroll dan door de tekening)

Bijzonderheden toestel

Aan de zijkant van het toestel bevinden zich een aantal noodknoppen.

Boven de velden 3 t/m 16 bevinden zich de lampjes t.b.v. de treinaankondigingen.

De aparte schakelaars boven de velden 18 t/m 24 dienen voor het vrijmaken van de rijweg nadat de trein tot stilstand is gekomen op het betreffende perronspoor;
na het omhoogdrukken van deze schakelaars wordt in post Iwz het spervenster wit in het betreffende veld en kan post Iwz de bijbehorende stelknop terugleggen.

Het tableau boven de velden 49 t/m 57 dient voor de bediening van de uitdrukinstallatie.


Post Ioz


Post Ioz stond op de seinbrug aan de oostzijde van de perrons bij km. 0.280.

     

De oostzijde van het emplacement met de seinbrug en post Ioz d.d. 31 december 1957 (links) en d.d. 16 juni 1956 (rechts).
(Foto's: J.G.C. van de Meene)


     

Eloc NS 1208 in de nieuwe huisstijl geel-grijs vertrekt met een internationale reizigerstrein (TEE) en passeert daarbij het seinhuis Ioz aan de oostzijde (links)
en de locomotief NS 2408 (nog in blauwe kleur) met een goederentrein in Amsterdam CS (rechts).
(bron: Stichting SNR Railverzamelingen)



De oostzijde van het emplacement d.d. 25 februari 1973.
(Foto: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)


Alle armseinen op de seinbrug waren "dubbel" uitgevoerd i.v.m. de zichtbaarheid; de post stond als het ware in de weg.

     

Een close-up van de seinbrug d.d. 25 februari 1973.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)


     

Een close-up van het sein G8 met de bijzondere seinarm (links) en de zijkant van de post Ioz (rechts) d.d. 25 februari 1973.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)


     

Het stelknoptoestel in de post Ioz d.d. 7 november 1972.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)


     

Het stelknoptoestel in de post Ioz d.d. 7 november 1972.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)

Tekening van het stelknoptoestel in post Ioz.
(Klik op de tekening voor een vergroting en scroll dan door de tekening)



Post Iwz


Post Iwz stond aan de westzijde van het emplacement naast het viaduct in de Westelijke Doorvaart bij km. 80.410 Den Helder - Amsterdam Centraal.
In deze post was een omgebouwd pneumatisch stelknoptoestel geplaatst.

     

De westzijde van het emplacement met de seinbruggen en post Iwz d.d. 31 december 1957.
(Foto's: J.G.C. van de Meene)



De Kameel bij de aankomst te Amsterdam Centraal d.d. 31 december 1957.
(Foto: J.G.C. van de Meene)


     

Het stelknoptoestel in de post Iwz d.d. 7 november 1972.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)



Het stelknoptoestel in de post Iwz d.d. 7 november 1972.
(Foto's: Rob Boïng) (bron: Stichting SNR Railverzamelingen)

Tekening van het stelknoptoestel in post Iwz.
(Klik op de tekening voor een vergroting en scroll dan door de tekening)

Beschrijving van het toestel in post Iwz.
Wisselstelknoppen

een blauwe pijl op een wit voorvlak;
de pijl wijst normaal schuin naar rechts;
de pijl wijst in de omgelegde stand schuin naar links;
het wisselcontrolevenstertje is in de normale stand wit;
Het wisselcontrolevenstertje wordt zwart tijdens het omlopen van het wissel, wissel niet in de stand overeenkomend met de stand van de stelknop of als de tongen niet goed aansluiten.

Seinstelknoppen

een rode pijl op een wit voorvlak;
de pijl wijst normaal schuin naar rechts;
de pijl wijst in de omgelegd stand schuin naar links;
De seinstelknoppen voor de bediening van de rangeerstoplantaarns N28, N29, O27, O29, O31, 032, O34, O35, O36, O37, O38 en P1 waarvan de rode pijl normaal verticaal naar boven wijst
en in de omgelegde stand voor de rangeerstoplantaarns O27 en O29 schuin links naar boven,
voor de rangeerstoplantaarns N29 en O31, 32, 34-35 schuin rechts naar boven, voor de rangeerstoplantaarn N28 schuin links of schuin rechts naar boven,
voor de rangeerstoplantaarn O36 horizontaal naar links, voor de rangeerstoplantaarn O37-38 horizontaal naar rechts en
voor de rangeerstoplantaarn P1 met de wissels 76/83B links of rechts horizontaal naar links of horizontaal naar rechts.

Boven de seinstelknoppen van de rangeerstoplantaarns en van sein A bevindt zich een seinmeldingsvenstertje dat wit is als het sein de normale stand inneemt en dat zwart is als het sein uit de normale stand is gebracht.
De seinmeldingsvenstertjes voor de spoor- en uitrijseinen en voor de seinen Czz, Cz en Cn/Cvn bevinden zich in de kastjes boven het stelknopoestel.
Boven de seinstelknop van de rangeerstoplantaarns O36 en O37 en van de rangeerstoplantaarn P1 bevindt zich een spervenstertje dat normaal wit is.
Bij het omleggen van de seinstelknop naar links of rechts wordt het spervenstertje zwart en bij het terugleggen in de halve stand wordt dit spervenstertje wit, als de rangeerstoplantaarn O36, O37, 38 of P1 weer is de normale stand staat, waarna de seinstelknop in de normal stand gelegd kan worden.
Onder elk van de seinstelknoppen voor de seinen bevindt zich een koppelstroomvenstertje dat aangeeft of de koppelstroom aanwezig is.
De koppelstroom is normaal verbroken (venstertje rood), dan kan de knop niet worden omgelegd.
De koppelstroom is gesloten (venstertje wit), indien aan de voorwaarden voor het uit de stand stop brengen van het sein is voldaan.

Alle bedieningshandelingen worden hier beschreven (bestandsgrootte 9 mB).

Met ingang van 21 april 1974 is de klassieke beveiliging vervallen en is een NX beveiliging in gebruik genomen; voor een beschrijving van deze NX beveiliging klik hier.

Voor een beschrijving van de NX -CVL beveiliging van het baanvak Amsterdam Singelgracht - Uitgeest klik hier.
Voor een beschrijving van de klassieke beveiliging van het station Amsterdam Dijksgracht klik hier.
Voor een beschrijving van de klassieke beveiliging van het station Amsterdam Muiderpoort klik hier.
Voor een beschrijving van de klassieke beveiliging van het station Amsterdam Rietlanden klik hier.

Terug naar Home Terug naar seinhuizen